Elke fase in de levenscyclus van een organisatie vraag om een andere vorm van leiderschap. Wat vraagt dit van de persoon van de leider?
Passend Leiderschap
Elke fase in de levenscyclus van een organisatie vraagt om passend leiderschap. De pioniersfase vraagt om een ondernemer. De groeifase die daarop volgt, vraagt om een leider die in staat is de uitbouw van de organisatie in goede banen te leiden. In de consolidatiefase, waarin veel organisaties verkeren, wordt van de leider gevraagd om enerzijds te verbeteren, anderzijds om de vernieuwing aan te zwengelen. Met name in die fase worden vaak ingrijpende veranderingen zoals fusie, reorganisaties en transformaties doorgevoerd. Een testcase voor de leiderschapskwaliteiten, zowel van net aangetreden leiders, als van leiders die al langer een positie bekleden. Er zijn weinig leiders die in staat zijn om in alle fasen van het bestaan succesvol te opereren. De onderliggende leiderschapsstijl die benodigd is, is voor elke fase dusdanig anders dat er op zijn minst aanvullende kwaliteiten nodig zijn in de omgeving van de leider. Dat vraagt om zelfreflectie.
Afhankelijk
Echter, menig leider hecht aan zijn baan en de organisatie, aan de zekerheid van het inkomen en de status. Hierdoor kan een mate van afhankelijkheid ontstaan die niet gezond is voor de organisatie. Leiders die afhankelijk zijn in termen van inkomen, status en verworvenheden gedragen zich anders dan leiders die onafhankelijk zijn. Afhankelijke leiders zijn minder goed in staat om van een gezonde afstand naar de organisatie en de situatie te kijken. De afhankelijkheid van een leider wordt versterkt door een lang dienstverband bij de organisatie. Simpel gesteld: een leider met een lang dienstverband die afhankelijk is van zijn positie, is een gevaar voor de continuïteit van de organisatie. Zeker wanneer deze leider niet genegen is om criticasters om zich heen te verzamelen.
Het vraagt lef van actoren zoals toezichthouders en adviseurs van de leider om de beperkte houdbaarheid bespreekbaar te maken.